Paragrafen

Risicomanagement en weerstandsvermogen

Tijdens deze raadsperiode is, in nauwe samenwerking met de raad, veel aandacht besteed aan de uitgangspunten en spelregels voor risicomanagement en weerstandsvermogen. In 2020 is een nieuwe beleidsnota Risicomanagement en weerstandsvermogen (nota van 12 mei 2020, zaaknummer 466760) uitgebracht. In aansluiting hierop is na overleg met de auditcommissie een raadsbrief uitgebracht over ‘Raadsinformatie bij grote risicovolle projecten’ (raadsbrief van 5 oktober 2021, zaaknummer 607221).
In de raad is een tweetal moties aangenomen over de spelregels voor het weerstandsvermogen in samenhang met de financiële kengetallen (de motie 'Realistischer inschatten en bewuster beleid' (nummer 20M209, zaaknummer 466760) en motie 'Anticyclisch investeren, anticyclisch sparen' (nummer 20M255, zaaknummer 504479). Via het uitvoeren van onderzoek, een technische bijeenkomst met de financiële woordvoerders en een drietal experts op 24 maart 2021 en een aansluitende raadsbrief (11 mei 2021, zaaknummer 566585) heeft het college deze moties uitgevoerd. Onderstaand zijn steeds per onderdeel de belangrijkste punten uit de genoemde documenten opgenomen.

De raad heeft op 16 september 2020 de uitgangspunten voor risicomanagement en spelregels voor weerstandsvermogen vastgesteld. Daarin is onder andere vastgelegd dat:

  • bij het werken aan gemeentelijke doelstellingen zijn raad, college en ambtelijke organisatie zich bewust van risico's en kansen en worden deze in beeld gebracht. Vervolgens worden maatregelen getroffen om risico's te beperken. Risicomanagement is een hulpmiddel om als gemeente doelstellingen te bereiken;
  • de belangrijkste pijler van een goede risicocultuur daarbij is dat, in het samenspel tussen raad, college en ambtelijke organisatie, transparant wordt omgegaan met risico's en maatregelen;
  • de realiteit is dat het niet mogelijk is alle risico's op voorhand in te schatten;
  • om goed zicht te krijgen op de mogelijkheden om risico's op te vangen, als die zich voordoen, kijkt de raad naar de begroting, het risicoprofiel versus de beschikbare buffers en de balans. De stand van zaken wordt toegelicht in de begroting en het jaarverslag;
  • in de nota is een stappenplan opgenomen dat de raad kan helpen afwegingen te maken over risico's en benodigde buffers. De technische uitwerking kan plaatsvinden door gebruik te maken van een aantal knoppen, waaraan kan worden gedraaid;
  • het risicoprofiel wordt periodiek bekeken en op basis daarvan wordt door middel van risicosimulaties bepaald wat de omvang van de benodigde risicobuffers is. Vastgelegd is welke onderdelen van de gemeentelijke reserves de buffers zijn om niet begrote tegenvallers op te vangen. De verhouding tussen risico's en buffers wordt uitgedrukt in een zogenaamde weerstandsfactor waarvoor de spelregels vastliggen in de verordening Financieel beleid en beheer 2020;
  • voor niet voorspelbare gebeurtenissen heeft de gemeente een extra buffer in de vorm van de bestemmingsreserve solvabiliteit. Ook hiervoor liggen de spelregels vast in de verordening;
  • de ontwikkelingen met betrekking tot risico's en buffers worden geëvalueerd door middel van onderzoek. Op basis hiervan kunnen afspraken worden gemaakt.

In de raadsbrief van 5 oktober 2021 over de grote risicovolle projecten is aangegeven:

  • dat de raad aanvullende informatie zal ontvangen over grote risicovolle projecten;
  • om te bepalen wat een groot risicovol project is, gebruik gemaakt wordt van een aantal criteria (een investeringsbedrag €5 miljoen of meer, grote impact op de samenleving, grote rol van de gemeente, de betrokkenheid van meerdere externe partijen, complexiteit, politieke gevoeligheid);
  • het college van B&W en de raad kunnen aangeven of er sprake is van een dergelijk project. Ook de aanvang van een nieuwe raadsperiode is een moment waarop dit kan worden bezien;
  • bij de start van zo’n project wordt een onafhankelijke risicoanalyse uitgevoerd die met de raad wordt gedeeld;
  • voor dergelijke projecten kunnen start- en discussienota’s aan de raad worden voorgelegd, waarin alternatieven en risico’s zijn opgenomen;
  • er kunnen tussen college en raad aanvullende afspraken worden gemaakt over de wijze waarop de raad wordt geïnformeerd;
  • het college zal initiatief nemen om hier verder invulling aan te geven;
  • de spelregels zullen worden opgenomen in de verordening Financieel Beleid en Beheer.

Naast bovenstaande uitgangspunten is er ook een aantal onderwerpen in thematische sessies over risicomanagement met raadsleden en externe experts aan bod gekomen, zoals:

  • de uitkomsten van een vergelijkend onderzoek naar weerstandsvermogen en financiële kengetallen zijn beschikbaar. Op basis daarvan is zichtbaar gemaakt welke keuzes er zijn voor de verschillende instellingen van de knoppen voor weerstandsvermogen en spelregels voor solvabiliteit en schuldquote;
  • expliciete afwegingen over de mate van bereidheid risico's te nemen worden in de paragraaf Risicomanagement en Weerstandsvermogen toegelicht;
  • in aansluiting op het advies van de experts is het belangrijk ten aanzien van de spelregels voor de berekening van de benodigde- en beschikbare weerstandscapaciteit te kiezen voor een bestendige gedragslijn;
  • uitgaande van de positieve beoordeling van de experts van de kwaliteit van het risicomanagement en het hieruit voortvloeiende risicoprofiel in onze gemeente is het niet noodzakelijk risico's op structurele budgetten extra zwaar mee te rekenen;
  • gegeven het goede risicoprofiel, voldoende solvabiliteit en mogelijke ondersteuning van het Rijk bij het optreden van zogenaamde 'zwarte zwanen' (grote externe risico's met een zeer incidenteel karakter en met een kleine kans, bijvoorbeeld een aardbeving) is het niet noodzakelijk hiermee rekening te houden in het risicoprofiel;  
  • aan de knop van de weerstandsfactor zou wel kunnen worden gedraaid. Door het hanteren van een lagere weerstandsfactor dan 1,0, (bijvoorbeeld 0,8), zou incidenteel een bedrag aan de algemene reserve onttrokken kunnen worden. Gelet op de inhoud van de motie, waarbij wordt aangedrongen op herstel van de reserves ligt dit niet voor de hand;
  • financiële kengetallen met betrekking tot solvabiliteit en schuldquote in Arnhem zijn ten opzichte van andere gemeenten relatief ongunstig, maar hebben zich wel deze raadsperiode wel in positieve zin ontwikkeld. De gemaakte afspraken voor toevoegingen aan de bestemmingsreserve Solvabiliteit hebben daaraan bijgedragen;
  • de beschikbare weerstandscapaciteit maakt het alleen mogelijk om op incidentele basis mogelijke tegenvallers op te vangen. Tegenvallers zullen uiteindelijk in de begroting moeten worden verwerkt. Om die reden is het belangrijk een goed inzicht te hebben in de flexibiliteit/wendbaarheid van de begroting. Ter voorbereiding van de nieuwe raadsperiode zal hiervan een beeld worden gegeven;
  • een concrete doelstelling over een minimaal gewenste solvabiliteit en een maximaal gewenste netto-schuldquote ligt niet vast in de huidige financiële spelregels. Wel worden de uitkomsten van deze kengetallen steeds in samenhang met de ontwikkeling van het weerstandsvermogen in de begroting en jaarrekening toegelicht;
  • om een goed beeld te geven van financiële kengetallen en de weerstandsfactor worden deze, ingaande de Begroting 2022, gespiegeld aan de risico-indeling van de provincie en de beoordelingstabel die Naris hanteert.
Deze pagina is gebouwd op 04/22/2022 14:19:16 met de export van 04/22/2022 08:58:53